Syndroom van Rett

Het Syndroom van Rett, ook wel stoornis van Rett, Rettsyndroom, RTT of Rett genoemd, is een aangeboren aandoening die vrijwel alleen bij meisjes voorkomt. Het syndroom van Rett kan, afhankelijk van de ernst, leiden tot ernstige geestelijke en lichamelijke invaliditeit.

Ontdekking

De ziekte is vernoemd naar de Oostenrijkse kinderarts Andreas Rett. Deze kinderarts is beroemd om zijn onderzoek naar neurologische aandoeningen, met name zijn beschrijving in 1966 van het Rett-syndroom. Het verhaal gaat dat deze arts zo rond 1955 lobbyde bij de burgemeester van Wenen en andere politici voor een kinderkliniek voor gehandicapten. Na vele moeilijkheden, waaronder voortdurend eraan herinnerd te worden dat hij zijn tijd verspilde met dergelijke kinderen, werd een kliniek met 100 bedden geopend. Hij zorgde voor vele kinderen met een verstandelijke beperking in Wenen omdat er anders niemand voor deze kinderen zou zorgen. Het verhaal gaat dat zijn wilskracht om voor alle kinderen te zorgen zo sterk was dat hij hierdoor bijna zijn praktijk verloor. In 1960 zag Andreas Rett toevallig twee jonge meisjes op de schoot van hun moeder in zijn wachtkamer zitten, beide hun handen op dezelfde manier wringend. Bij onderzoek bleek dat beide kinderen dezelfde ontwikkelingsgeschiedenis hadden, namelijk een vroege normale ontwikkeling gevolgd door regressie, verlies van doelbewust handgebruik en dwangmatige handbewegingen die constant waren. In zijn praktijk vond hij 5 andere meisjes, maakte er een film om in heel Europa medici ervan te overtuigen dat dit een syndroom moest zijn. Ondanks zijn inspanningen heeft dit niet de aandacht van een brede wetenschappelijke gemeenschap getrokken. Dit kwam voornamelijk doordat zijn beschrijvingen in het Duits waren, en niet altijd gelezen werden in de Engelstalige wereld. Bengt Hagberg, een Zweedse kinderarts, publiceerde in 1983 een Engels artikel en noemde de aandoening naar Andreas Rett. Het verhaal gaat dat Bengt Hagberg tijdens een lezing in Toronto sprak over zijn nieuwe vondst. Andreas Rett zat in de zaal toen hij Bengt Hagberg het syndroom hoorde beschrijven en sprong op van zijn stoel en riep ‘Ich bin Rett!’, verheugd en opgewonden over de overeenkomsten. De lezing werd onderbroken en de twee heren bespeaken de zaak. Uit respect naar Andreas Rett noemde Bengt Hagberg de aandoening Rett-syndroom en veranderde de titel van publicatie.

Bron: www.rettaustralia.com/about rett syndrome

Bron: wikipedia/rett syndrome

Relatie Rett Syndroom en MeCP2 mutatie

De in Libanon geboren Amerikaanse geneticus en professor aan het Department of Molecular and Human Genetics van Baylor College of Medicine Huda Zoghbi las in 1983 van het Rett-syndroom in het publicatie van Bengt Hagberg in het medische tijdschrift Annals of Neurology. Na dit stuk kon Huda Zoghbi een 5 jaar oude patiënt de diagnose Rett geven die ze behandelde in het Texas Children’s Hospital. Een week later zag zij een andere patiënt met dezelfde symptomen. Toen ze meer dossiers onderzocht bleek dat veel andere Rett-patiënten een verkeerde diagnose hadden gekregen. Dit wekt haar interesse in het Rett-syndroom, dat tot dat moment niet eerder gemeld was in de wetenschappelijke literatuur in de Verenigde Staten. Een artikel dat zij in 1983 publiceerde trok veel patiënten met het Rett-syndroom naar het Texas Children’s Hospital waardoor zij toegang kreeg tot een groot aantal patiënten.

Aangezien de meeste patiënten met het Rett-syndroom meisjes waren en de symptomen bij alle patiënten hetzelfde waren, was Huda Zoghbi ervan overtuigd dat genetica een rol speelde. Ondanks gebrek aan enthousiasme bij collega’s, collega-onderzoekers en financieringsinstanties bleef Huda Zoghbi onderzoek doen naar Rett. Zoekend naar het gen dat verantwoordelijk is voor het Rett-syndroom, behaalde zij in 1992 het eerste succes door het doelwit te verkleinen tot een deel van het X-chromosoom. In 1999 identificeerde een postdoctorale onderzoeker in het laboratorium van Huda Zoghbi MeCP2 als het gen dat verantwoordelijk is voor het Rett-syndroom. Hierdoor heeft zij aangetoond dat het Rett-syndroom een X-gebonden dominante aandoening is, wat betekent dat wanneer 1 van de 2 kopieën van het MeCP2 gen een mutatie heeft, het Rett-syndroom het gevolg zal zijn.

De Oostenrijkse kinderarts Andreas Rett is overleden in 1997. Helaas heeft hij nooit meegemaakt dat ontdekt is dat mutaties in het MeCP2-gen de belangrijkste oorzaak van het Rett-syndroom zijn.

Bron: www.rettaustralia.com/about rett syndrome

Bron: wikipedia/Huda Zoghbi

Bron: the-scientist.com/a profile of huda zoghbi

Erkend als zeldzame aandoening

Het Rett-syndroom is een zeldzame stoornis. In Nederland worden elk jaar ca. 10 nieuwe gevallen gemeld. Het Rett-syndroom komt voor bij ca. 1 op de 10.000 tot 18.000 meisjes. In Europa wordt een ziekte geclassificeerd als zeldzaam wanneer deze bij minder dan 1 op de 2000 mensen voorkomt.

NFU

Het NFU, wat staat voor Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra, stelt zich ten doel zorg voor mensen met zeldzame aandoeningen te verbeteren. Er is behoefte aan zorg op maat, een multidisciplinaire aanpak en meer algemene bekendheid met zeldzame aandoeningen bij zorgprofessionals en gespecialiseerde professionals (experts) in de zorg. Voor adequate diagnostiek, zorg en behandeling van zeldzame aandoeningen hebben landelijk erkende expertisecentra een toegevoegde waarde.

NPZZ

Het Nationaal Plan Zeldzame Ziekten werd op 10 oktober 2013 gelanceerd. Dit plan was het antwoord van Nederland op de aanpak van zeldzame aandoeningen door de Europese Commissie. Het NPZZ voorziet in een breed scala van aanbevelingen op het gebied van de organisatie van de zorg, wetenschappelijk onderzoek, scholing van zorgprofessionals, beheer en beschikbaarheid van kennis over zeldzame aandoeningen en de regie en coördinatie van de uitvoering van het plan. Een hoofdtaak voor de uitvoering van het NPZZ is de ontwikkeling van een netwerk van expertisecentra. Deze centra verlenen zelf zorg, ondersteunen andere zorgprofessionals en verrichten onderzoek om de zorg voor de ruim 1 miljoen kinderen en volwassenen met een zeldzame aandoening in Nederland verder te verbeteren.

MUMC+

Het Expertise Center Rare Syndromes And Cognitive Disorders van het Maastricht UMC+ (MUMC+) is door de minister van VWS erkend als expertisecentrum. Binnen de groep van zeldzame erfelijke ontwikkelingsstoornissen is het MUMC+ specifiek erkend voor Rett-syndroom en Kabuki-syndroom.

Bron: orpha.net/over-zeldzame-ziekten/

Bron: wikipedia/Syndroom_van_Rett

Bron: nfu.nl/zeldzame-ziekten/

Bron: klinischegenetica.mumc.nl/expertisecentrum

Diagnose

Omdat bij kinderen met Rett-syndroom na een eerst normale ontwikkeling de symptomen subtiel beginnen, duurt het soms even voordat er een (juiste) diagnose gesteld wordt. Ook verschillen de ernst van de symptomen per kind en varieert ook de leeftijd waarop de symptomen beginnen. Ook al is er een relatie met het MeCP2 gen, de diagnose Rett-syndroom is nog steeds een klinische diagnose. Dit betekent dat (meestal een) kinderarts een aantal kenmerken van Rett-syndroom waarneemt, de zogenaamde diagnostische criteria, waardoor het vermoeden van Rett-syndroom kan ontstaan. Hierna zal een genetisch onderzoek volgen om de diagnose te bevestigen. Wordt er tijdens het genetisch onderzoek bij een patiënt die voldoet aan de diagnostische criteria een mutatie gevonden in het MeCP2 gen, dan is er sprake van het Rett-syndroom. Voldoet een patiënt niet aan (alle) noodzakelijke criteria, maar wordt er wel een MeCP2 mutatie gevonden? Dan kan er sprake zijn van een atypische Rett-variant. Voldoet een patiënt niet aan de noodzakelijke diagnostische criteria, maar wordt er wel een MeCP2 mutatie gevonden? Dan is er sprake van een MeCP2 gerelateerde mutatie en zal na verder onderzoek door een kinderarts gekeken worden of er sprake is van een Rett-variant of bijvoorbeeld een MeCP2 gerelateerde ontwikkelingsachterstand.

Bron: rett.nl/diagnose/

Rett Syndroom en autisme

Patiënten met het syndroom van Rett vertonen overeenkomsten met patiënten met klassiek autisme. Er zijn echter een aantal belangrijke verschillen. Zo zullen patiënten met het syndroom van Rett contact niet vermijden en maken zij meestal meer oogcontact. Daarnaast vertonen Rett-patiënten vrij specifieke stereotype handbewegingen, terwijl de stereotypen die patiënten met autisme laten zien veel complexer zijn. Autistische mensen hebben doorgaans betere motorische vaardigheden en vertonen een betere sensorische ontwikkeling (het vermogen om met de zintuigen informatie vanuit de wereld om ons heen en vanuit ons lichaam op te nemen, te selecteren, te verbinden en er juist op te reageren). In de DSM-IV (Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders) publicatie uit 1994 van de American Psychiatric Association was het syndroom van Rett opgenomen, waardoor het onder de autistische spectrum stoornissen viel. Omdat autisme een voorbijgaand symptoom bij het syndroom van Rett is, is in publicatie DSM-5 uit 2013 het syndroom van Rett niet meer opgenomen.

Bron: mens-en-gezondheid.infonu.nl/syndroom-van-rett 
Bron: hulpgids.nl/stoornis-van-rett 
Bron: wikipedia.org/Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders 

Heeft u opmerkingen, aanvullingen of een correctie?




Graag ontvang ik een link naar de webpagina waar de informatie staat die u graag toegevoegd wilt zien, dan wel gewijzigd wilt zien.